‘Circulaire economie heeft momentum, een snelle aanpak is gewenst’
Uit onderzoek van ABN AMRO* blijkt dat de bouw een stuk milieuvriendelijker kan worden als we meer met vezels van vlas en hennep gaan doen. Maar in de dagelijkse praktijk heeft traditioneel bouwen de overhand. In een door Building for Good georganiseerde rondetafel peilen de partijen de circulaire stand van zaken in de bouw.
Deelnemers aan de rondetafel zijn:
- Cor van Dijken, directeur bij Building for Good.
- Leontien de Waal (ABN AMRO)
- Myriam van Zetten (Provincie Gelderland)
- Nico Wissing (Greenlabel NL)
- Onno Dwars (Ballast Nedam)
- Nico de Boer (Provincie Overijssel)
De dagelijkse praktijk rond biobased bouwen is weerbarstig en komt moeilijk van de grond. Het nodigt momenteel niet uit om ermee aan de slag te gaan. Dat geldt voor zowel boeren als voor de bouwers. Wat moet er anders?
Leontien de Waal
“Ik zie vooral dat de intrinsiek gemotiveerde partijen - de koplopers - doorpakken. De transitie is in mijn ogen een kwestie van de wortel, de stok en de preek. De preek van de koplopers is al gaande. Met de indringende regelgeving komt de stok erbij. Daar kan je van alles van vinden, maar het is wel een feit. Denk aan CO2-beprijzing vanuit Europa en de emissierechten die niet meer gratis worden weggeven. We bereiken een tipping point, maar we moeten het peloton nog wel meer in beweging krijgen.”
Cor van Dijken
“Daar speelt ook nog mee dat bedrijven straks te maken krijgen met de EU Construction Products Regulation. Ik merk dat partijen hier best huiverig voor zijn. Als je product voldoet, dan krijgt het een CE-keurmerk en dat is het qua brandveiligheid in orde. Maar je moet als fabrikant ook terugnamegaranties geven en je product moet duurzaam zijn. Daar voorzie ik veel problemen.”
Cor van Dijken

Nico de Boer
“Het is voor partijen lastig om vanuit een circulaire benadering te kijken naar een project. Je gaat dan uit van een langere termijn. In de circulaire economie kijk je onder andere naar restwaarden. Het is een opbrengst op de langere termijn en dat moet je aan de voorkant van het proces meenemen en opnemen in je business case. Daar moeten nog wel stappen in worden gezet. De bewustwording is er in ieder geval steeds meer, maar we zijn er nog niet.”
Myriam van Zetten
“In Gelderland hebben we de tender Natuurlijk Sneller Bouwen (zie kader). Een aantal kleinere conceptbouwers die versnellen en verduurzamen maken gebruik van deze tender. Van bedrijven die met biobased materialen werken horen we dat certificeren heel lastig is, en vaak ook duur. Om biobased materialen de markt op te krijgen is certificeren heel belangrijk. Hier moet landelijk meer aandacht voor komen. Kleinere bedrijven hebben hier echt hulp bij nodig.”
De provincie Gelderland helpt door onder andere subsidies te geven. Van Zetten: “We zetten partijen bij elkaar en delen kennis. We werken hiervoor samen met Kiemt, een netwerkorganisatie op het gebied van energietransitie en de circulaire economie. Kiemt helpt bedrijven met hun vraagstukken. De Europese regelgeving voor circulair bouwen is vrij recent, dan is het zaak om de informatie hierover zo snel mogelijk bij de bedrijven te krijgen.”
Leontien de Waal
“Ik vind dat ook wel zorgelijk. Regelgeving kan een push geven, maar het is wel precair waar we ons nu bevinden. Ik zie dat het voor onze MKB-klanten echt teveel is. Er zijn zoveel regels, die bedrijven zijn bijna murw geslagen. Er zijn veel subsidies om gebruik van te maken, maar vaak hebben ze geen tijd om zich daarin te verdiepen. We moeten scherp blijven. Tot op welk punt leidt wet- en regelgeving echt aantoonbaar tot verduurzaming? Je moet elkaar niet najagen in een administratieve cirkel.”
Nico Wissing

Nico Wissing
“We moeten de handschoen oppakken met zijn allen. De circulaire boodschap moet je er langzaam in masseren. In de lineaire economie zit alle belasting op arbeid, maar die belasting moet je op grondstoffen zetten en op vervuiling. Dan word je als bedrijf pas bewust waar je mee bezig bent. Het gevolg is dat je veel respectvoller met grondstoffen omgaat.”
Myriam van Zetten
“Kleine bouw- en GWW-bedrijven zijn zich ervan bewust dat er vanaf 2024 veel op ze af komt. Gemeenten willen hun regionale economie steunen, maar als de regelgeving onduidelijk is, ontstaat er een situatie dat bedrijven gaan omvallen. Dat moet je niet willen.”
Cor van Dijken
“Jaar in jaar uit moet er weer iets nieuws gebeuren qua wet- en regelgeving. We drijven elkaar op. Het is goed om er af en toe met een helicopterview naar te kijken. Als we nu de thermometer erin prikken, waar staan we dan met zijn allen? Zijn dan de stappen die we nu nemen de juiste?”
Leontien De Waal
“Het helpt als grote opdrachtgevers gezamenlijk zeggen: ‘Dit is de weg, zo gaan we het doen. Ik zie in de dagelijkse praktijk dat er regie nodig is. Dat zag je met gasloos bouwen. Iedereen in de markt schreeuwde moord en brand. Maar dat is uiteindelijk heel snel gegaan.”
Leontien de Waal en Myriam van Zetten

Myriam van Zetten
“Je zag bij gasloos bouwen dat er politiek draagvlak voor nodig is om het te realiseren. Er lopen nu veel pilots op het gebied van circulair bouwen, onder andere met Cross Laminated Timber (CLT), losmaakbaarheid en hoe dit zich verhoudt tot circulariteit. Daarmee verzamelen we meer bewijs dat het werkt en kunnen we als overheid sneller aan de knoppen draaien.”
Hoe kunnen we de circulaire economie gaan versnellen?
Onno Dwars
“We moeten zorgen dat we voorspelbare wetgeving krijgen, waardoor we met onsze ontwikkelingen en innovaties kunnen inspelen op vragen uit de toekomst. Het is dan ook belangrijk dat we aansluiting vinden op de wet- en regelgeving die uit Europa gaat komen. Zo creëer je rust in de markt en blijf je binnen de kaders van de CO2-budgetten. Deze aanpak versnelt de verdere verduurzaming van de woningmarkt, omdat kopers van woningen en in het bijzonder beleggers graag vastgoed kopen dat voldoet aan de eisen van de toekomst. Tegelijkertijd moeten grote opdrachtgevers vernieuwende uitvragen stellen. Zet een andere vraag in de markt en verander de complete sector radicaal, zoals bijvoorbeeld met nul op de meter.”
Onno Dwars

Cor van Dijken
“Provincies stellen vaak wel vernieuwende uitvragen, vaak Bouwbesluit overstijgend. Maar dan heb je gemeentes die roepen: ‘Wij doen alleen wat het Bouwbesluit ons vraagt’. Voor een gemeente heb ik een circulair bestemmingsplan geschreven, maar het slaagt alleen als de wethouder meegaat, anders lukt het je niet.”
Myriam van Zetten
“Budgettair is het voor provincies en gemeenten vaak lastig. Wij hebben te maken met een instandhoudingsbudget. Daar moeten we het mee doen. Risico’s met betrekking tot circulariteit moeten hieruit worden afgedekt, maar dat budget is vier jaar geleden vastgesteld. Het kan dus zijn dat er voor zo’n onderwerp geen geld beschikbaar is en dat geen financiële ruimte hebt.”
Onno Dwars
“Goede en slimme uitvragen stellen, hoeft niet per se te leiden tot hogere kosten. Rijkswaterstaat heeft heel veel innovatie uit de markt gekregen. Dat blijft heel goed werken.”
Nico Wissing
“Probleem is inderdaad dat veel opdrachtgevers de uitvraag aan marktpartijen niet goed stellen, terwijl je hiermee de circulaire economie kunt versnellen. Bij gemeenten is er een kennis- en een arbeidspotentieeltekort. Ze zijn heel erg met de bezetting bezig. Er worden mensen ingevlogen die net niet capabel zijn en geen gebiedskennis hebben. Ze horen de klok luiden en weten niet waar de klepel hangt.”
Myriam van Zetten
“We voelen met zijn allen die duurzame opgave, dus moeten we stappen zetten en duurzaamheid meetbaar maken. In Gelderland hebben we snelheid en duurzaamheid bij elkaar gebracht in een tender voor het mkb [zie kader Natuurlijk Sneller Bouwen, red.]. We hebben geprobeerd om een vrij eenvoudige regeling te maken voor de kleinere bedrijven. De grote bedrijven hebben genoeg mensen in dienst, die kunnen dat zelf.
Met de tender is het gelukt om de regionale economie te ondersteunen. We gaan nu meten of het mkb echt duurzame producten gaat maken. Die kleine bedrijven zijn enthousiast en willen van elkaar leren en stappen zetten. Als je ervoor kunt zorgen dat de circulaire vraag vanuit de ontwikkelaar, de corporatie of de gemeente komt, dan pakken de partijen dat vanzelf op.”
Nico de Boer

Nico de Boer
“Door meer flexibel en losmaakbaar te bouwen kunnen we makkelijker aansluiten op de langetermijnbehoefte. De behoefte van nu kennen we, maar het is lastig te bepalen hoe de behoefte over dertig jaar is. Door veel flexibel te bouwen en gebouwen losmaakbaar te maken, hoef je dat ook niet exact te weten. De opgave nu is gefocust op de acute behoefte aan woningen die ook betaalbaar moeten zijn. We zetten de versnelling in, maar we moeten niet vergeten wat we dan bouwen en hoe we het bouwen.”
“Punt van aandacht is wel : we hebben met veel opgaven te maken. We moeten betaalbaar, klimaatadaptief, gasloos, natuurinclusief bouwen, circulair. Hierbij moeten we oppassen dat we niet alleen maar naar de hoogste urgentie - het versnellen van de woningbouw - kijken. We moeten de andere thema’s niet uit het oog verliezen.”
Nico Wissing
“We hebben nog wel het momentum om veel zaken aan te pakken. We moeten echt gaan handelen, we kunnen niet de problemen nog eens tien jaar doorschuiven.”
Over Building for Good
Building for Good maakt o.a. duurzame bestemmingsplannen voor overheden en LCA’s voor bedrijven. Een LCA (Life Cycle Analysis) is een methode voor het in kaart brengen van de invloed van producten en menselijke activiteiten op het milieu. Verder helpt Building for Good agrariërs om een businessmodel in te richten voor biobased bouwen.
Wat is een LCA?
Een LCA (Life Cycle Analysis) is een methode voor het in kaart brengen van de invloed van producten en menselijke activiteiten op het milieu. Daarbij wordt gebruik gemaakt van speciale rekenmodellen. In een LCA wordt de hele levenscyclus van een product of activiteit bekeken. Van de winning van grondstoffen via productie en (her)gebruik tot en met afvalverwerking.
Natuurlijk Sneller Bouwen
Met de tenderregeling Natuurlijk Sneller Bouwen helpt de provincie bouwbedrijven hun productieproces te versnellen en te verduurzamen. Deze regeling draagt ook bij aan het terugdringen van het arbeidstekort in de bouw. Want door de digitalisering van productieprocessen zijn er minder of andere mensen nodig voor de woningbouw.
Zeven Gelderse bouwbedrijven hebben een omslag gemaakt naar prefab woningbouw met gebruik van zoveel mogelijk circulaire en biobased materialen. De bouwbedrijven ontvingen een subsidie van € 100.000 tot € 200.000 voor de uitvoering van hun project.
Door prefab bouwen te omarmen kunnen de bouwbedrijven de komende acht jaar 6.500 extra woningen bouwen. 85 procent van de bouwmaterialen wordt hergebruikt in het productieproces.