Duurzaam in één dag motto achttiende editie Green Buildings Event

Tijdens de achttiende editie van het Green Buildings Event bleek werd benadrukt dat er op het gebied van duurzaamheid nog veel moet gebeuren. Leiders en activistische sprekers inspireerden deelnemers en er waren 42 best practices. Met dat laatste werd ingespeeld op de wens van generatie Z, waarvan een student aangaf: “Als we iets zien dat al gebeurt, willen we zelf ook aan de slag.”

Tekst: Peter Bekkering, Beeld: CFP Green Buildings

Aan het begin van het event op 11 april 2024 heette Bram Adema, oprichter en directeur van CFP Green Buildings, tevens Duurzaam Gebouwd-expert, de 350 aanwezigen welkom bij het event dat bij de Rabobank in Utrecht plaatsvond. Adema wees erop dat er nog “extreem veel” moet gebeuren. “Om 2040 te halen moeten we namelijk niet 1000 maar 2000 gebouwen per dag verduurzamen. Daarom hebben we bedacht om alle best practices bij elkaar te halen, zodat jullie van elkaar kunnen leren. Want de duurzaamheidsdoelen halen we alleen als we dit samen doen.”

Echte leiders

Om de 350 aanwezigen in de zaal daarbij te inspireren had CFP volgens Adema “echte leiders” als sprekers uitgenodigd: “Deze echte leiders hebben niet alleen een aparte visie, maar ze hebben die ook in de praktijk laten zien.” Hij wees ook op het aspect waarin volgens hem Nederland internationaal vooroploopt: het met behulp van innovaties op grote schaal invoeren van verduurzaming. Vervolgens sprak hij de hoop uit dat de best practices tot een nieuwe golf van innovaties en verduurzaming leiden.

De officiële opening werd vervolgens verricht door Denise Notenboom, directeur bij Rabo Real Estate Finance. Volgens haar staat duurzaamheid in het motto van de bank omdat ze “de langdurige stevigheid van een aantrekkelijke leefomgeving waarin we wonen, werken en recreëren wil stimuleren, faciliteren en uiteindelijk financieren”. Daarbij zorgt toenemende wet- en regelgeving ervoor dat de bank duurzaamheid moet toepassen in haar beleid. Daarnaast is de bank er voorstander van om in een zo vroeg mogelijk stadium in gesprek met haar relaties te gaan over duurzaamheid. Ze was voorzichtig optimistisch: “Aan de ene kant hebben we nog meters te maken, aan de andere kant zijn we op de goede weg.”

Esther Barendregt: klimaatverandering en de Nederlandse woningmarkt

Keynotespreker Esther Barendregt, geeft leiding aan de afdeling Nederland, Economie en Duurzaamheid bij RaboResearch. Ze vertelde de aanwezigen over een onderzoek van Rabobank, ABN AMRO en ING, naar de gevolgen van klimaatverandering voor de Nederlandse woningmarkt. Het onderzoek keek vanuit maatschappelijk perspectief naar wat er op de Nederlandse huizenbezitters afkomt en op de markt als geheel. En naar fysieke risico's, naar wat er nodig is om de Nederlandse woningmarkt aan te passen en naar hoe met verduurzaming van de gebouwde omgeving klimaatverandering kan worden voorkomen.

Gevolgen tot 2100 overzichtelijk

Het goede nieuws is volgens het onderzoek dat kijkend naar klimaatscenario’s tot 2100 de gevolgen overzichtelijk zijn. Daarna zijn de kansen op extreme scenario’s echter aanmerkelijk groter. Dat is in het publieke debat nog niet duidelijk, maar Esther vindt dat we daar wel klaar voor moeten zijn. “De kinderen die nu geboren worden, gaan dat namelijk meemaken. En ook een huis dat je nu bouwt, gaat dat meemaken. Daarom moet er een langetermijnvisie komen op water en ruimtelijke ontwikkeling.”

Gesprek over maatregelen nodig

Een andere les uit de studie was dat het overstromingsrisico voor Nederland economisch wel beheersbaar is. Wel zijn veel mensen daar niet tegen verzekerd, terwijl ze denken dat dit wel zo is. Esther riep daarom de ketenpartners en de overheid op met bewoners hierover het gesprek aan te gaan en hen van informatie te voorzien. Hetzelfde geldt ook voor problemen ten gevolge van klimaatverandering, hittestress en funderingsproblematiek ten gevolge van de droogte. Daarbij is het nu het geschikte moment, omdat ten gevolge van overwaarde bewoners ruimte hebben om zaken op te lossen. Esther hoopt dat de gesprekken uiteindelijk leiden tot een uniform klimaatlabel en een duidelijk set aan risico-informatie. Ook pleit ze voor een verplichting om adaptief te bouwen.

Tempo verduurzaming te laag

Een derde boodschap van Barendregt was dat het tempo van verduurzaming ondanks de inspanningen nog te laag ligt. Daarvoor zijn verschillende redenen. Soms kan het financieel niet uit, zijn er te veel onzekerheden of is het te veel gedoe. Daarnaast spelen nog problemen als personeelsschaarste en netcongestie. Om het tempo omhoog te krijgen moet er volgens Barendregt beleid komen dat bijdraagt aan grootschaligheid. Onderdeel daarvan is een verduurzamingsplicht bij aankoop van een woning.

Zes adviezen aan de markt

Aan het eind vat Esther haar bijdrage samen in zes adviezen aan de markt: bouw klimaatadaptief; denk aan de periode na 2100; ga in gesprek met de klant; draag bij aan het klimaatlabel; zorg voor een businesscase bij het verduurzamen van bestaande woningen en ontzorg de klant bij gedoe; wees transparant over de verdeling van de kosten.

Mindy Howard: train your fear away like an astronaut

Mindy Howard gooide het over een andere boeg. Om een verandering in te zetten speelt angst een beperkende rol. Ze vertelde hoe je die kunt wegtrainen, om een kanteling te vergemakkelijken. Eerst riep Mindy de aanwezigen op om te denken aan iets dat ze altijd al wilden doen, maar nog nooit hadden gedaan. Vervolgens vertelde ze hoe ze al op jonge leeftijd astronaut wilde worden, maar hoe het vervolgens in de loop van de tijd om verschillende redenen niet lukte. Ook vertelde ze over een training in situational awareness, BOBUSA, die ze had ontwikkeld, die astronauten leert om met druk om te gaan. Bij BOBUSA gaat het achtereenvolgens om Breathe, Observe your surroundings, Breath, Understand what comes next, Sense what you are feeling en Anchor the calm focused feeling.

Nadat ze op allerlei manieren probeerde om astronaut te worden, besloot ze uiteindelijk om maar geduldig af te wachten, totdat het lot haar zou vinden. “Let it be”, hield ze zichzelf voor. Aldus geschiedde. Naar aanleiding van een TED-talk die ze eerder hield, werd ze zes maanden later gebeld of ze mee wilde doen aan een wedstrijd, waarbij de eerste prijs een ruimtereis was. De les die ze de aanwezigen voorhield was dat als ze echt iets wilden bereiken, ze moesten trainen als een astronaut. Daardoor zouden ze mentaal sterker worden, positiever gaan denken en uiteindelijk elke uitdaging aankunnen.

Christine Boland: Regenerating human kind

De laatste spreker in het eerste deel van het programma was Christine Boland, trendanalist en consultant in consumententrends. Met de aanwezigen deelde ze haar tijdgeestanalyse, de omgevingsfactoren en de principles of progress die als reactie daarop ontstaan. Volgens Boland staan we als mensen op een existentiële tweesprong. “Nu zijn we als mensen een te volgevreten rups geworden en we moeten naar een lichtere structuur. In de natuur is voor de metamorfose een virus nodig en ik had gehoopt dat COVID-19 dat zou zijn.”

Zes omgevingsfactoren

Vervolgens benoemde ze zes omgevingsfactoren: Existential challenge, Parallel universe, Restless real>time>ism, Fragmentation, Norm vacuum, Eco-systemic awareness. Ook behandelde ze generatie Z, die volgens Christine een andere mentaliteit hebben. Ze omschreef hen als ‘visuele dialoguers’, die je met beeld moet bereiken. Een generatie bovendien die zich op waardenniveau verbindt met merken en organisaties. Voor de generatie Z zijn zaken als duurzaamheid, impact maken en echt zijn belangrijk. Bovendien worstelen ze met mentale uitdagingen, omdat ze het hardste getroffen worden door onder meer klimaatveranderingen.

Drie principles of progress

Volgens Christine zijn we inmiddels in een babylonische spraakverwarring 2.0 terechtgekomen waarbij we elkaar niet begrijpen en niet naar elkaar luisteren. Toch zullen we het samen moeten doen. Daarom kwam Boland met drie principles of progress. Organisaties moeten deze doorlopen om in het hedendaagse krachtenveld te navigeren. De eerste stap is Step back, reflect and guide. De tweede Facilitate meaningfulness en de derde Join the Symbiocene. Elk principe kreeg een aantal voorbeelden.

Om deze principes toe te passen moeten we een shift maken volgens Christine: van ego naar eco, van individueel naar collectief, van ik naar wij, van sustainability naar thrivability, van destructief naar regeneratief en van competitie naar samenwerking. Ze eindigde haar verhaal met het advies om bij dit alles te beginnen met human intelligence en pas daarna artificial intelligence in te schakelen.

Sterrin Smalbrugge

Ecoloog, herpetoloog (reptielendeskundige), schrijfster en presentatrice Sterrin Smalbrugge was de volgende spreker. Ze is de ambassadeur van de buitenbeentjes, de niet-charismatische dieren zoals muggen, ratten, slangen en haaien. Ze vertelde dat je naast de populaire dieren ook de buitenbeentjes in je ecosysteem moet meenemen, als je je natuurbehoud naar een hoger niveau wilt tillen. De buitenbeentjes hebben namelijk ook een aanwijsbaar nut.

Gebouwen zijn volgens Sterrin ook ecosystemen. Daarom hoopte ze met haar bijdrage de aanwezigen te laten nadenken hoe je op ecosysteemniveau kunt handelen, bij het verduurzamen van gebouwen en gebieden. Ze vergeleek het ecosysteem met een spinnenweb. Hoe meer, beter en sterker de draadjes, hoe sterker het web. Bovendien staat een ecosysteem niet op zichzelf. Hetzelfde geldt voor gebouwen, die niet op zichzelf, maar in een straat, wijk, stad en provincie staan.

Sterrin daagde de aanwezigen uit om na te denken over wie hun ecosysteem-ingenieur is bij het verduurzamen van gebouwen. “Anders gezegd: wat heeft een ‘cascading’ effect als je het introduceert?” Vervolgens wees ze erop dat net als bij het ecosysteem bij verduurzaming van gebouwen er vaak te veel focus is op één aspect. “Er is veel aandacht voor energie, energietransitie en gebruik van duurzame materialen. Er is echter nog zo veel meer. Kijk daarom ook naar de omgeving, naar biodiversiteit, naar het omgaan met afval en naar hydrologie. Ga kortom alle schakels ontrafelen.”

Teun van de Keuken

Het was daarna aan Teun van der Keuken, die onlangs het boek ‘De mens is een plofkip’ uitbracht, om de microfoon te pakken. Voor TV maakte hij onder meer de Keuringsdienst van waarde en De vuilnisman. Hij vertelde over het door hem bedachte merk Tony’s Chocolonely met als doel of daar lessen uit te trekken waren voor de aanwezigen.

Hij legde uit dat de cacao voor chocolade voornamelijk komt van 2,5 miljoen kleine plantages in West-Afrika. Vervolgens lichtte hij de wonderbaarlijke waardevermeerdering toe, die voor veel producten in de wereld geldt: waar grondstof uit de grond wordt gehaald wordt weinig verdiend, waar van de grondstof iets wordt gemaakt wordt veel geld verdiend. Bij een chocoladereep van 2,50 euro krijgt een boer 12 cent. Alleen als we dat meer in evenwicht brengen kunnen we volgens Van der Keuken problemen zoals kinderarbeid en moderne slavernij de wereld uit helpen.

Ook vertelde hij over een bijzondere poging, om als consument veroordeeld te worden omdat hij chocola had gegeten die door slavenarbeid tot stand was gekomen. Dit liep stuk bij de rechter omdat de bewuste reep niet was te herleiden naar een plantage waar met slavenarbeid werd gewerkt. Daarop besloot Teun te starten met Tony Chocolonely.

Nadat Tony Chocolonely een aanpak voor betere arbeidsomstandigheden en slaafvrije chocola had ontwikkeld, besloten ze deze aanpak open source te delen. Cruciaal daarbij is een traceability-systeem waarbij van elke zak bonen steeds in elk stadium kan worden aangegeven waar het vandaan komt. Inmiddels heeft een aantal grote spelers (onder meer Jumbo, HEMA, Ben & Jerry's) zich aangesloten bij het systeem en ook de voorwaarden voor deelname (onder meer een hogere prijs betalen en contacten hebben met lokale corporaties) geaccepteerd. Het bracht Teun tot twee lessen voor de aanwezigen: kies voor een open source en deelname van een paar grote spelers brengt de boel in beweging.

Jaap Korteweg

De derde keynotespeaker die liet zien hoe je op een bijzondere manier het verschil kunt maken, was Jaap Korteweg, negende generatie boer en in 2008 oprichter van de Vegetarische Slager. Hij werd in 2015 uitgeroepen tot Ondernemer van het Jaar vanwege zijn impact op de voedselindustrie en duurzaamheid. Inmiddels heeft hij een nieuwe droom: het ontwikkelen van een mechanische koe, een apparaat waar je gras aan de voorkant in stopt, en waar vervolgens melk aan de achterkant uitkomt.

Vervolgens wees hij erop dat momenteel 80 procent van de landbouwgrond wordt gebruikt voor de veehouderij, terwijl het maar goed is voor 20 procent van de voedingswaarde. Omgekeerd brengt de 20 procent plantaardige landbouwgrond ons 80 procent van de voedingswaarde. “Als we dus helemaal plantaardig gaan, kunnen we op 30 procent van het huidige landbouwareaal de wereldbevolking voeden. Bovendien is het een stuk duurzamer.”

Jaap werd vegetariër, maar hield heimwee naar de smaak van dierlijk vlees. Daarom wilde hij vegetarisch vlees ontwikkelen dat qua smaak niet van dierlijk vlees is te onderscheiden. Hij begon daartoe in 2010 een nostalgische slagerij in hartje Den Haag, De Vegetarische Slager. De ambitie was om zo snel mogelijk de grootste slagerij ter wereld te worden. Die ambitie kreeg een enorme boost, nadat Unilever De Universele Slager had overgenomen. Jaap presenteerde enkele indrukwekkende cijfers over de gevolgen daarvan voor de omzet en vertelde vervolgens over zijn volgende droom c.q. uitdaging, de mechanische koe.

Hij eindigde zijn bijdrage door aan te geven dat er veel te winnen is, wanneer we overschakelen naar plantaardig op het gebied van onder meer broeikas, stikstof en zoetwatergebruik.

Wrap-up van presentaties best practices

Na de laatste keynotespeaker was het de beurt aan zes mensen van Students4Sustainability, een studentenorganisatie met als doel de Delftse student te stimuleren innovatieve technieken toe te passen voor een duurzamere wereld. De studenten, allemaal van generatie Z, gaven een wrap-up aan de hand van woordenwolken van de 42 best practices. Het publiek kreeg daarbij de gelegenheid om er woorden aan toe te voegen.

De studenten hadden ook een tip voor de aanwezigen: “Als je ons wilt bereiken, moet je kort iets laten zien dat ons erg interesseert. Bovendien willen we actie, bijvoorbeeld in de vorm van een inspirerend project. Als we iets zien dat al gebeurt, willen we ook zelf aan de slag.”

Afsluiting

Adema sloot de dag af. Hij gaf eerst zijn eigen wrap-up van de keynotespeakers. Daarbij haalde hij het boek ‘Relentless’ aan van Tim Grover, de meester van mentale weerbaarheid en coach van onder meer Michael Jordan en Kobe Bryant. Grover schreef dat er drie soorten mensen zijn: coolers, closers en cleaners. Cleaners zijn mensen die niet alleen hun loopbaan veranderen, maar ook de sport en de wereld. Adema: “Vandaag hebben we gezien dat als je doel is om de wereld te veranderen, het misschien alleen je loopbaan verandert. Maar misschien gebeuren er ook nog andere mooie dingen.” Ook memoreerde hij een uitspraak van Generatie Z: “Laat ons de toekomst zien, ook als je nog niet weet hoe je er moet komen. Zoals de roestvrijstalen koe van Jaap. Hij bestaat nog niet, maar staat wel al op Instagram en TikTok. Daarom moeten we de toekomst visualiseren en met zijn allen gaan voor het beeld dat we willen realiseren, al weten we nog niet precies hoe.”

Bekijk de presentaties hieronder

Bekijk presentatie A.S.R.
Bekijk presentatie AM
Bekijk presentatie DGBC
Bekijk presentatie Gemeente Utrecht
Bekijk presentatie Rabobank
Bekijk presentatie VORM