Kennisevent Toekomstvastwaarde laat succesvolle verduurzaming van bedrijfshuisvesting zien
Op 17 november 2022 vond het Kennisevent Toekomstvastwaarde plaats in het Nationaal Militair Museum in Soesterberg. Deelnemers gingen op zoek naar de kansen om bedrijfshuisvesting te verduurzamen en hoorden Heijmans de belofte uitspreken om waarde toe te voegen aan gebouw, gebruiker en gebied. Uit de middag vol kennisdeling bleek dat verduurzaming succesvol is als je anders denkt, lef toont om aan de slag te gaan met nieuwe businesscases en actief de samenwerking opzoekt.
Tekst: Marvin van Kempen, Beeld: Heijmans
“Wat betekent toekomstvastwaarde voor jou?”, vroeg dagvoorzitter Suze Gehem aan de deelnemers aan het kennisevent, dat plaatsvond in het Nationaal Militair Museum (NMM) te Soesterberg. “We zitten middenin allerlei transities en dat betekent dat we de komende jaren opnieuw uitvinden wat ‘duurzaamheid’ betekent.” Het was aan keynote-spreker Andy van den Dobbelsteen, Duurzaam Gebouwd-expert en professor aan de TU Delft, om de urgentie van de verduurzamingsopgave te benoemen: “We moeten nu bouwen alsof we in 2050 zijn”, trapt hij zijn inspirerende betoog af.
Eerst ging hij in op de definitie van duurzaamheid, aan de hand van een quote van architect Jón Kristinsson: 'Duurzaam is alles wat toekomstige generaties willen erven, gebruiken en onderhouden'. Van den Dobbelsteen: “Duurzaamheid richt zich allang niet meer op energie alleen. We krijgen extremere zomers en moeten klimaatadaptief bouwen. Maar ook zonder uitstoot van broeikasgassen en met behoud van de materialen die we in onze gebouwen stoppen. Daarnaast moeten we ons buigen over een heleboel andere waarden die we kunnen toevoegen. Niet alleen aan het gebouw, maar ook aan de gebruiker en de omgeving. Breng de natuur weer de stad in!”
Wereldprimeur klimaatadaptatie
Recente rapporten over de impact die we als samenleving op het klimaat hebben, schetsen dat we te maken krijgen met minimaal anderhalve graad Celsius opwarming. Daarnaast moeten we rekenen op extremer weer en overstromingen. “Bouw je een pand voor 2050, dan denk je na over het opvangen van regenwater, veilig ontworpen tegen overstromingen en passief koelend door een bio-klimaatontwerp. We kunnen met groene daken regenwater bergen en we laten al zien dat we kunnen innoveren met klimaatadaptatie. Bijvoorbeeld in Rotterdam, een wereldprimeur van de Waterpleinen: speeltuinen die normaal droog zijn en bij regen vollopen met water voor speelplezier.”
De forsere inzet op klimaatadaptatie om biodiversiteit te stimuleren en klimaatverandering te minimaliseren vormt dus een belangrijke uitdaging. Maar ook de energietransitie is nog geen gelopen maar wel een essentiële race, om de klimaatdoelstellingen tijdig te halen. Van den Dobbelsteen: “We moeten zo snel mogelijk naar de toepassing van hernieuwbare energie, zodat we niet langer afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen die we uit specifieke landen halen. Omdat we niet alle duurzaam opgewekte energie kunnen gebruiken als we het nodig hebben, moeten we overtollige energie gaan opslaan. In batterijen, accu’s, waterstof en e-fuels.”
De nieuwe standaard
Verder zien we dat in 2030 het eerste circulariteitsdoel van het Klimaatakkoord al genoteerd staat: in dat jaar moeten we 50% gebruikmaken van secundaire materialen. Volgens Van den Dobbelsteen is circulair bouwen de nieuwe standaard: “Werk alleen met partijen die hun producten weer willen terugnemen.” Bovenal vindt hij het van belang om eerst zelf aan de slag te gaan en niet met het vingertje te wijzen. “Wij gaan bij de TU Delft onze campus vergroenen en vernatten. We blijven aan de slag met verduurzaming. Dat doe ik ook op persoonlijk niveau, door kritisch te kijken naar de schadelijke broeikasgassen die ik uitstoot. Kijk niet naar de buurman of naar andere organisaties om het voortouw te nemen, maar kijk vooral naar wat je zelf kunt veranderen en bijdragen.”
Duurzame huisvestingpartner
Na de gepassioneerde bijdrage van Van den Dobbelsteen was het tijd om te horen hoe zowel het NMM als Heijmans zelf bijdraagt aan een duurzamere wereld en toekomst.
Gehem ging met beide organisaties in gesprek over de waarde die zowel het gebouw als de omgeving van het NMM heeft én wat ervan de toekomstvastwaarde is. Directeur-bestuurder John Sijmonsbergen (NMM) trapte af: “Wij willen met het museum een historisch besef creëren en een cultureel steentje bijdragen. Toekomstvastwaarde is voor mij het toevoegen van waarde aan het object en de omgeving. Zodat het gebouw betekenisvol onderdeel wordt van de omgeving. Andy inspireerde met zijn verhaal en we moeten bouwen aan wat in de toekomst waardevol is.” Directeur Utiliteit Arjan Hengeveld van Heijmans sloot zich daarbij aan: “We zijn inmiddels tien jaar betrokken bij de bouw en het beheer en onderhoud van het NMM. Een museum beheren en onderhouden is uniek. We leerden wat de museumbezoeker beweegt. De komende tien jaar willen we elkaar nóg beter begrijpen en de roadmap samen maken.” Voor regiodirecteur Noord-Oost Eelke Stellingwerf van Heijmans vormt toekomstvastwaarde een belangrijke belofte: “Het gaat om de gebruiker en om de omgeving. We gaan onszelf erkennen als duurzame huisvestingpartner, door te laten zien wat we doen. Hierbij richten we ons op duurzaamheid en de techniek en data die dit mogelijk maken.”
Groene afdruk
Na het tafelgesprek was het tijd voor de onthulling van een boom met blaadjes op canvas. “We willen maximale waarde geven aan ons vastgoed en onze werk- en leefomgeving. Voor de gebruiker, de omgeving én de lange duur. Om de eerste gezamenlijke stap naar toekomstvastwaarde te zetten, plaatsen we onze duimafdrukken op een boom”, aldus Stellingwerf. “Voor iedere duimafdruk doneert Heijmans in samenwerking met Trees for All een boom. Het eindsaldo kwam uit op 350 bomen, waarvan 100 gedoneerd door CSG Liudger, die op Green Friday werden geplant.
Na deze plechtigheid kozen deelnemers uit diverse sessies, waarin organisaties lieten zien hoe zij samen met Heijmans hun bedrijfshuisvesting en -voering verduurzamen. Er werd een diversiteit aan opgaves beetgepakt: van het versnellen in de energietransitie, tot het zetten van stappen in circulariteit en het creëren van gezonde werkomgevingen. Maar ook over hoe je waarde toevoegt aan je leefomgeving, met slimme stadslogistiek.
Uitdagingen en urgentie
Zo bleek uit de sessie ‘Nu versnellen in de energietransitie’ dat er verschillende actualiteiten en maatschappelijke opgaves spelen. We krijgen te maken met netcongestie, waardoor je in sommige regio’s in Nederland je bedrijf al niet meer op het elektriciteitsnet kunt aansluiten. Daarnaast zien we dat er een capaciteitsprobleem ontstaat rondom de professionals die de verduurzamingsmaatregelen doorvoeren, zowel bouwkundig als installatietechnisch. Die vertragende factoren zijn lastig te rijmen met de urgentie van de energietransitie, zoals Van den Dobbelsteen die verwoordde.
Zo geldt vanaf 2023 de label C-verplichting voor kantoren en willen zowel particulieren als bedrijven minder afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen en de landen waar we dit uithalen. Tegelijkertijd willen we een grotere energie-efficiëntie behalen en meer hernieuwbare energie gebruiken, om een volledig energie- en CO2-neutrale gebouwde omgeving te creëren. Hoewel de uitdagingen fors zijn, zijn er voldoende kansen om de energiehuishouding van vastgoed toekomstbestendig te maken. Dat begint met inzichtelijk maken van bijvoorbeeld de energiestromen, om daarna analyses toe te passen, te monitoren en te optimaliseren. Data vormt vaak de sleutel voor verduurzaming.
Gedragsverandering en circulariteit
In de sessie ’Van duurzame ambities naar concreet resultaat’ stonden onder andere de onderwerpen gedragsverandering en circulariteit centraal. Scholengemeenschap CSG Liudger presenteerde haar doelen rondom CO2-reductie en circulariteit, gekoppeld aan ervaringen van leerlingen en leerkrachten. Schoolverduurzaming wordt daardoor van iedereen: niet alleen van de ontwerp- en bouwpartners en de vastgoedeigenaar, maar vooral van de eindgebruikers. Dit zorgt voor gedragsverandering en meer betrokkenheid bij de verduurzaming. Een van de doelstellingen in de gepresenteerde roadmap van CSG Liudger was dan ook het verhogen van betrokkenheid van leerlingen rondom verduurzaming, van 10% naar 30%.
Ook in de sessie ‘Zo breng je jouw gebouw in circular shape’ was er voldoende aandacht voor dit thema. De Hogeschool van Amsterdam en de Universiteit van Amsterdam (HvA en UvA) deelden lessen rondom losmaakbaarheid, aanpasbaarheid van gebouwen en consuminderen. Onder andere Lab42 kwam naar voren, een gebouw waarvoor circulariteit een essentieel uitgangspunt was. Hier zien we onder andere demontabele computervloeren, koppelbare in plaats van gestorte kanaalplaatvloeren en herbruikbare plafonds en kozijnen. Daarnaast zijn alle materialen in het Madaster ondergebracht, het kadaster voor materialen.
Meetbare circulariteit
Thema’s als losmaakbaarheid zijn dankzij tools eenvoudiger beet te pakken. Dat kan onder andere met de tool Circular Buildings van onder andere Alba Concepts, RVO en DGBC, een meetmethodiek voor losmaakbaarheid. Maar ook met de leidraad voor het meten van circulariteit van CB23. Door circulariteit meetbaar te maken, pak je het economische aspect beet en denk je na over levensduurverlenging. Als je losmaakbaarheid en financiële restwaarde duidelijk maakt, wordt een project met circulariteitsambities financieel beter haalbaar.
Ook op het vlak van slimme stadslogistiek voor gebouwonderhoud worden stappen gezet. We weten dat de leefomgeving en de leefbaarheid rondom de gebouwde omgeving onder druk staat en hier wil de bouw- en vastgoedsector een positieve impact maken. De gemeente Leeuwarden werkt samen met sociaal werkbedrijf Caparis om te zorgen voor geclusterde en efficiënte uitstootvrije materiaallevering voor hun veertien panden in de stad: 100% uitstootvrij transport, 80% minder ritten en zelfs twee uur sneller op locatie. Daarmee realiseer je een positieve impact op de leefomgeving in de binnenstad en verbetering van de leefbaarheid rondom de gebouwen.
Wacht niet
Duurzaamheid levert geld op en waarde, maar het móet ook gewoon. Dat leerden bezoekers bij de vijfde sessie ‘De impact van de CSRD-wetgeving op vastgoed’. Vanaf 2024 geldt die richtlijn en vanaf dat moment moeten grote bedrijven een rapportage geven van de impact van de bedrijfsvoering op het milieu. Niet voldoen is een wezenlijk bedrijfsrisico, want het is gewoon een verplichting voor grote bedrijven. Veel beter is het natuurlijk om niet tot het laatste moment te wachten en nú al aan de slag te gaan met een betere toekomst. Met de groene duimen in het achterhoofd en de belofte van toekomstvastwaarde, is de eerste stap gezet.
Smaken de samenvattingen van de sessies naar meer? Scan dan deze QR-code om je in te schrijven voor de interactieve sessies in maart 2023, over thema’s als circulariteit, duurzaamheidsdoelstellingen, energiemanagement, wet- en regelgeving en CSRD.